Stel je eens voor, je bent bezig in het huishouden en je luistert of zingt misschien wel heel hard mee met Grootnieuwsradio of een opwekkingslied. Ineens merk je dat er iemand achter je staat. Je hebt geen deurbel gehoord, nee er staat zomaar iemand in je kamer. Hoe zou jij dan reageren? Dan zou je je toch wezenloos schrikken? En dan zegt die persoon ook nog eens: ‘Wees niet bang.’ Ja, duh, lekker makkelijk gezegd. Wees niet bang. Ik mag toch schrikken? En waarom wees niet bang? Zou ik dat denken? Of zou ik zo verlamd zijn van angst voor het onbekende? Hoe zou jij reageren? Maria schrok hevig staat er in de Bijbel, ja daar kan ik me iets bij voorstellen.
Kun jij je een voorstelling maken hoe het voor Maria moet zijn geweest toen de engel kwam en haar vertelde dat ze zwanger zou worden, terwijl ze geen gemeenschap had met Jozef. Ik hoor mijn tienerdochter al zeggen ‘duh, hoe dan?’ Maria stelde heel begrijpelijk deze vraag ook ‘Hoe zal dat gebeuren?’ Dan antwoordt de engel ‘de Heilige Geest zal over je komen en de kracht van de Allerhoogste zal je als een schaduw bedekken’.
Ieder jaar horen we weer het kerstverhaal, maar verwonderen we ons nog wel echt over het kerstverhaal? Dat Jezus, die tegelijk God is, als kind gevormd werd in de moederschoot van Maria en als baby, net als jij en ik, geboren werd en op aarde kwam.
Wat mij deze keer opvalt in het kerstevangelie zijn de woorden ‘wees niet bang’. Je leest dit wanneer de engel bij Maria komt en vertelt dat ze zwanger zal worden van de Heilige Geest, maar ook wanneer de engel aan Zacharias vertelt dat hij en zijn vrouw op hoge leeftijd een zoon zullen krijgen. Wanneer er engelen komen bij de herders en ze vertellen over het nieuws van Jezus geboorte, beginnen ze hun boodschap ook met de woorden ‘wees niet bang’. Zowel Maria, Zacharias, als de herders worden gerustgesteld met deze woorden. Ik kan me goed voorstellen dat ze zijn geschrokken en gerustgesteld moeten worden. In dit geval zijn het engelen die deze woorden uitspraken. Maar Jezus zegt deze woorden ook tegen jou ‘Wees niet bang. Geef Mij nu je angst.’ Waar ben jij bang voor? Waar maak jij je zorgen over? Ben je bang voor hoe andere mensen over jou denken? Ben je bang voor de toekomst, heb je zorgen, qua gezondheid of financiën? Waar ben jij bang voor?
Geef je angst, maar aan Hem. Aan Jezus. Die als Redder naar deze wereld kwam. Er staat niet voor niets in het kerstevangelie en in de Bijbel heel vaak deze woorden ‘Wees niet bang’. Jezus wil jou bevrijden van jouw angsten. Hij is naar deze aarde gekomen, voor jou, om jou te bevrijden van jouw angsten. Hij groeide op, op deze aarde, en uit liefde voor jou en mij koos Hij er voor om onze angsten op zich te nemen aan het kruis. Hij overwon de angst voor de dood en alle andere angsten. Jezus kwam naar deze aarde en zegt tegen jou en mij ‘Geef Mij nu je angst, Ik geef je er hoop voor terug!’
